De zelfzekerheidsparadox
Onlangs vroeg er iemand mij of het feit dat ik goed blijk te zijn in wat ik momenteel professioneel doe en mensen mij dat nu ook beginnen te vertellen, mij niet met mijn neus in de lucht doet lopen. Ik verschoot een beetje van die vraag, want die geeft mij een indicatie wat de perceptie van die persoon over mij is en ik antwoordde simpelweg met “Nee.” Ik was zozeer verbijsterd door die vraag, dat mijn keel dichtklapte en ik verder niet in staat was een genuanceerde toelichting te geven.
Nu, volgens mijn eerste Lumina Emotion profiel had ik vroeger wel een potentieel risico op dat vlak. Ik had daar namelijk een paradox: ik scoorde hoog op “ONZEKER” aan de ene kant van de as en hoog op “OVERMOEDIG” aan de andere kant van de as. Over het algemeen was ik onzeker over zowat alles. Ik heb namelijk maar zelden in mijn leven te horen gekregen dat ik iets goed deed. Er werd eerder zuinig omgesprongen met complimenten aan mijn adres, eender in welke omgeving ik mij bevond (school, familie, werk, hobby, …). De nadruk werd voornamelijk gelegd op wat ik niet goed deed. Gevolg: ik had een eigenwaarde en zelfzekerheid beneden nul, ik voelde mij een mislukkeling en ik werd ongezond perfectionistisch. Dus onzekerheid was mijn normale staat van zijn.
Maar overmoed is mij dus evengoed bekend. Af en toe sloeg mijn onzekerheid zo hard door, dat ik aan de andere kant van het spectrum uitkwam, waar overmoed zich bevindt. Men zegt niet voor niets dat overmoed het schip doet zinken (cf. Titanic). Ik heb dat ook al mogen voelen; weliswaar op iets kleinere schaal en met minder fatale gevolgen, maar het principe blijft hetzelfde. Met name een paard heeft mij enkele jaren geleden onmiskenbaar het risico van overmoed gespiegeld. Op een zonnige avond stapte ik op mijn paard en ik herinner mij nog dat – wegens omstandigheden – de gedachte “Ik zal eens laten zien hoe goed ik kan paardrijden.” passeerde. Halverwege de les had het paard in kwestie mij op de grond gegooid en lag ik daar beschaamd en kwaad op mezelf zand te kauwen. Het paard had er wel meerdere pogingen voor moeten doen, want ik ben een bekwame ruiter, maar zijn kracht had het uiteindelijk toch gewonnen van mijn techniek. Dus ik moest met knikkende knieën de walk of shame naar de zadelkamer doen om een touw te gaan halen, zodat de lesgeefster mij kon begeleiden aan het touw als een beginneling. Ik durfde namelijk niet meer opstappen, maar moest dat van haar onmiddellijk terug doen.
Introspectie over dit en gelijkaardige voorvallen heeft mij bewust gemaakt dat overmoed af en toe de kop opsteekt bij mij, in welke situaties dat gebeurt en welke gevolgen dit heeft. Dat bewustzijn heeft mij uiteindelijk geleerd om de paradox op die as meer te balanceren en niet meer onbewust van het ene uiterste naar het andere te schieten. Daardoor kan ik nu zelfverzekerder zijn, maar tegelijkertijd ook bescheiden blijven. En dat loont, want niet alleen zorgt overmoed voor het zinken van schepen, het vermoordt ook excellentie. Overmoed stopt namelijk je vooruitgang, omdat je toch denkt dat je alles al weet en kunt. Terwijl een gezonde balans tussen zelfverzekerdheid en bescheidenheid je het vertrouwen geeft dat je goed zult doen, wat vandaag op je pad komt, maar je evenzeer aanzet tot verder excelleren, omdat je beseft dat wat je vandaag kan, geen garantie biedt dat je gaat aankunnen wat morgen op je pad komt.
Heel recent deed een gelijkaardige situatie zich voor. Een klein testje, om nog eens te polsen in welke mate ik mijn lesje op het vlak van onzekerheid versus overmoed ondertussen al geleerd had. Ik zat op mijn paard in een situatie, die mij behoorlijk wat onzekerheid bezorgde en ik merkte dat dezelfde gedachte “Ik zal eens laten zien…” zich begon te vormen. Echter, nog voordat deze gedachte ten einde was en tot onaangename gevolgen had kunnen leiden, heb ik mezelf halt kunnen houden en heb ik mijn schuiver terug naar de kant van de effectieve bescheidenheid kunnen schuiven. Resultaat: er gebeurde niets. Geen valpartij, geen lijden, geen game over, maar ook geen motiverende next level tune, helaas… Dus heb ik mezelf een bescheiden denkbeeldig schouderklopje gegeven, omdat ik een beschamende herhaling van een eerder voorval had vermeden. Een teken dat ik de leiding had genomen en zo lijden had vermeden.
Mijn genuanceerde antwoord op de vraag van die persoon had dus iets kunnen zijn in de zin van: “Ik heb dat gedrag vroeger vertoond, maar ik heb inmiddels meerdere malen aan den lijve ondervonden wat de nadelige gevolgen daarvan kunnen zijn, waardoor ik daar nu veel bewuster mee omga, wat tot hiertoe effectief lijkt te zijn.”